Te druk in het Heuvelland
Wandelen is lastig geworden. Het Limburgse Heuvelland, op precies 626 meter van ons huis, is in het weekend gesloten voor dagjesmensen. Ben ik een dagjesmens? Geen idee. Waarschuwingsborden, verkeersregelaars, een politieman op een motor. Afzettingshekken voor als het nodig is. Te voet mag ik er wel langs. Dat is mooi.
Allemaal over de Molenweg
Maar op de terugweg moet ik een stukje over de Molenweg. Limburg zet beleidsmatig in op fietstoerisme en dat werpt vruchten af. Er wordt massaal gefietst. Met een dicht Heuvelland vooral op het fiets/wandelpad net buiten de verbodsborden. Daar gaan ze, over de Molenweg langs onze wijk; op de racefiets, elektrische fiets of mountainbike. Tussen, om en langs de jonge stellen met hun kroost op kinderfietsjes, stevig doorstappende stellen en bejaarde Maastrichtenaren met rollator die ook een frisse neus proberen te halen. Opzij stappen, voor laten gaan, opletten en omkijken. Mijn hoofd leeg wandelen, het lukt me niet meer. En juist nu zit er zoveel in het hoofd.
Langs de Gamma
Waarom knapt H. zo langzaam op, gaat het wel goed met onze ver weg wonende, zwangere dochter? Moet ik T. niet eens bellen? Ik wil lopen, de rust in mijn hoofd herstellen. Bewust mijn voeten voelen, de wind op mijn gezicht. Aan het eind van de straat kan ik, in plaats van naar het Heuvelland, ook rechtsaf naar de twee kleine bedrijfsterreinen. Waarom niet? Ik loop langs de Gamma, de Peugotgarage en Medireva. Ik kom er niemand tegen. Bij ARP Nederland steek ik het kruispunt over en wandel langs de studio van André Rieu en het kantoor van Intergarde. Grote vierkante dozen waar ik slechts het geluid van zacht zoemende ventilatiesystemen hoor.
De plek voor een rustig rondje lopen
Verlaten straten, lege parkeerstroken, stille stoepen. Ik loop en luister naar mijn eigen ademhaling, het getjilp van onzichtbare vogeltjes in een heg, het geruis van de bladeren van de bomen in de smalle berm. In een slootje staat een reiger roerloos naar het water te kijken. Een rondje lopen over een verlaten bedrijfsterrein. Afgelopen zondag knapte ik er van op. Het zijn vreemde tijden.